De sfeer keren

Maandagmiddag. Een nieuw kind kwam een dagje meedraaien. Onrust in de groep. Van mijn collega’s begreep ik dat de sfeer deze middag tot een absoluut dieptepunt gekelderd was: plagen en veel negativiteit zelfs door kinderen die daar toch al lang overheen leken te zijn.

Ik stond voor het blok: er moest iets gedaan worden om de sfeer te keren, maar morgen was ook mijn vrije dag. Kon ik het al overlaten aan mijn collega’s die wat minder ervaring hebben met dit soort dingen? Of moet ik het misschien juist meer loslaten zodat ik hen de ruimte kan geven het te leren? Maar als ik mijn kennis en vaardigheden over wil dragen moet ik eerst weten wat ik nou precies doe om de sfeer te keren…

Die avond hadden we teamvergadering en was het gebeuren van die dag en de mogelijke reactie van ons de volgende dag, het onderwerp van gesprek. We bespraken de observaties:

  • Wat gebeurde er met elk individueel kind en met de hele groep?
  • Wat gebeurde er met ons zelf?
  • En hoe heeft eenieder erop gereageerd: vanuit pijn, angst, macht, onmacht, liefde?

We spraken over het belang van in je eigen kracht te durven gaan staan. Maar wat een moeilijk begrip is dat toch.

Maar goed; hoe nu na deze maandag de dinsdag te beginnen? De andere begeleiders gaven aan het nog een te grote stap te vinden om met de hele groep dit proces te leiden. We spraken af dat ik het zou doen en ik nam mij voor mijzelf eens goed te observeren: wat doe ik nou precies. Die avond bedacht ik diverse dingen die ik de volgende ochtend zou kunnen doen; maar ook wat ik vooral niet zou moeten doen: alleen de kinderen waar het om draaide apart nemen en een coöperatief spel doen, vooral niet met het vingertje omhoog een preek gaan afsteken, misschien een verhaal of… Ik liet het los en ging slapen.

De volgende morgen tijdens mijn ochtend wandeling probeerde ik vanuit mijn eigen zijn en rust, te voelen wat voor vandaag de juiste handeling zou zijn; het denkwerk had ik gisteravond al gedaan. Vanuit de stilte en de rust van het bos en mijzelf borrelde er vanalles omhoog en een kwartier voor de kinderen kwamen, besloot ik wat ik zou doen. Maar steeds hield ik de openheid om in te spelen op de concrete situatie en dingen in mijn ‘programma’ te veranderen.

Ik zette de stoelen zoals gebruikelijk in een cirkel en haalde mijn harp van huis. In het midden van de kring zette ik een bergkristal, wat Amethiststeentjes en een kaars. Ik zocht nog wat op in een boek en liet vervolgens alles los en vertrouwde op mijn intuïtie. De kinderen (tussen de 2 en 15 jaar) druppelden binnen.

Ik opende het gesprek door te stellen dat iedereen vast gemerkt had dat er gisteren dingen gebeurd waren die niet fijn waren (ter plekke besloot ik met de hele groep te werken). Ik vertelde over mijn eigen gevoelens toen ik het hoorde: eerst was ik boos, toen kwam teleurstelling, daarna verdriet, maar vanochtend in het bos kon ik ook ineens dankbaarheid voelen. Soms is het goed om weer even te weten hoe we het niet willen.

Ik vertelde ze wat over de stenen die er lagen en gaf vervolgens om de beurt ieder kind een klein steentje amethyst. Daarbij bedankte ik hen persoonlijk voor een eigenschap die ze hadden: “Bedankt voor het feit dat je steeds weer de goede moed erin houdt” of: “Bedankt voor je humor “. Iedereen luisterde ademloos, en ontving mijn gift.

Tot slot vertelde ik hen, begeleid door de harp het verhaal over hoe de Amethist aan zijn naam kwam. Al vertellende kwam ik erachter hoe passend dit verhaal eigenlijk was. Tot slot mocht iedereen die wilde een keer langs de snaren roetsen; want volgens de keltische traditie betekent dit: 7 jaar wijsheid en geluk. Om de beurt kwamen ze: groot en klein; voorzichtig en vol ontzag. De sfeer was gekeerd: en hoe!

Het is nu twee weken geleden en er is weer een harmonieuze sfeer tot… er weer eens een impuls nodig is want dat hoort nu eenmaal bij het leven: op en neer en op…

Posted in: Algemeen.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *